Graaf voor een haag van Carpinus betulus een sleuf van 60-80 cm diep. Verbeter de uitgegraven grond met compost en mest. Voeg bij zware kleigrond ook scherp zand toe. Leg de struiken voor het planten eerst een uur in het water. Verdeel de struiken over de sleuf. Van haagbeuk heeft u 5 struikjes per meter nodig. U kunt ook een dubbele rij struikjes planten. De bovenkant van de kluit moet gelijk zijn met het grondniveau in de tuin (houd er rekening mee dat de grond nog wat inzakt). Vul aan met aarde, trap aan en geef zoveel water dat er een 'moeras' ontstaat. Het is aan te raden direct na het planten de bovenkant van de struiken iets in te snoeien. Geef het eerste jaar na planten regelmatig water.

Carpinus betulus is een makkelijke, bladverliezende haagplant die weinig verzorging vraagt. Zorg er wel voor dat de eerste maanden na het planten de aarde rond de wortels niet uitdroogt. Voor een goede groei is wel voldoende licht nodig. Plant daarom geen heesters of hoge vaste planten direct naast de haag. Een mulchlaag van compost en koemestkorrels in de winter wordt op prijs gesteld.

Carpinus betulus snoeien

Een haag van Carpinus betulus kunt u twee keer per jaar knippen. Zo houdt u een mooie strakke vorm en wordt de haag niet te breed. Een goede tijd is begin tot half juni. Na 21 juni (de langste dag) maakt de haagbeuk nog nieuw schot, dit kan na het knippen mooi in de eventuele gaatjes groeien. Knip de haag bij voorkeur een beetje taps (breder van onder) en werk met de heggenschaar van onder naar boven. Wilt u mooi recht knippen? Span dan aan de bovenkant van de haag een touw. Knip de haagbeuk nog eens voor de winter.

De haagbeuk kan een grote boom worden, maar is ook een fantastische haagplant. Carpinus betulus lijkt wel wat op de beuk, maar het blad is meer geplooid en valt in de herfst helemaal af. Bovendien groeit de haagbeuk sneller dan de beuk. Ideaal dus voor een hoge haag in de tuin!